daar zitten ze, grote striemen op hun rug van de stokslagen. Hun voeten zijn vastgeketend aan grote, onbeweegbare stenen en het is donker als de nacht om hen heen. Paulus en Silas zitten in de nesten. Terwijl ze Romeins staatsburger zijn nog wel, en helemaal niet geslagen mogen worden zonder proces! Alleen maar omdat ze een vrouw hebben bevrijd van een kwade geest die haar lastig viel door Jezus’ naam te noemen. Al hun harde werk voor de Heer, en dit is het resultaat. Vriendelijk bedankt, ‘goede, machtige’ God.

Toch hoor je Paulus en Silas deze woorden niet spreken. Zij maken God geen verwijten en slingeren geen waarom tegen de koude muren van hun kerker. Integendeel: ze zingen lofliederen! Ze prijzen God: zijn grootheid, zijn genade, zijn liefde en zijn trouw. Ze laten zich niet van de wijs brengen door tegenslagen en lijden, want ze weten dat die geen indicatie zijn van de waarde die God hecht aan hun leven en werk. Dus waarom tijd verspillen met mokken en klagen, als je je tijd in het duister kunt vullen met gebed en lofgezang?

Wat is hier aan de hand? Hoe krijgen Paulus en Silas het voor elkaar om in hun omstandigheden, in het onrecht, in de waas van de pijn een loflied te zingen? Zijn ze simpelweg heiligen, superieure gelovigen die niet te wankelen in het lijden? Dat zou je denken, maar vreemd genoeg zijn er gelovigen in de Bijbel die niet zulke goede gelovigen lijken, maar God wel op deze manier prijzen. Jona, die kleine profeet uit het Oude Testament die wegrent van God en in de buik van de walvis belandt? Díe Jona zingt zelfs van Gods beloften in een lucht van walvisvet, van de God die zijn gebeden vanuit de afgrond van de dood hoort en hem redt. Dezelfde Jona die in het volgende hoofdstuk de fout weer in gaat door Gods genade te bevragen. Daarnaast er zijn ook Bijbelse figuren die hun leven lang voorbeeldig voor God leven en hem toegewijd zijn, maar die niet kunnen snappen waarom God hen dit laat overkomen, zoals Job. Blijkbaar is de kracht van je geloof niet per se gecorreleerd met de mate waarin je God nog lof toe kunt zingen in moeilijke omstandigheden.

Wat is dan het geheim van Paulus en Silas? Wat stelt hen in staat om lof te zingen, ook op momenten dat hun leven op een dieptepunt is aanbeland? Ik moet eerlijk zeggen dat ik het niet weet. Misschien is het genade, misschien is het de Geest, misschien hebben Paulus en Silas eerst een paar uur geklaagd voordat ze bij hun liederen uitkwamen. Maar wat voor mij als een paal boven water staat, is dat lof zingen een uitermate effectieve strategie is om perspectief te vinden in een hopeloze situatie. Toegegeven, in onze levens vallen niet snel de boeien van onze problemen magisch van onze handen, worden we niet na drie dagen weer op het strand uitgespuugd. Maar God lof brengen is in feite onszelf in herinnering brengen wie God is en hoe we hem hebben leren kennen door Jezus: als een almachtige, grote, betrokken, liefdevolle God. Die eigenschappen van God neigen we te vergeten als onze problemen boven ons uit torenen, en zijn moeilijk te geloven als we ons hopeloos voelen. Maar op het moment dat we toch lof zingen leggen we opnieuw aan onszelf uit wie onze God is, en dat is uiteindelijk de sleutel tot het krijgen van hoop en draagkracht. Tim Keller zegt het zo: begin je gebed met 80% aanbidding, want alleen dan kun je je zorgen niet alleen bij God brengen, maar ze ook echt bij hem achterlaten. Alleen dan heb je het vertrouwen om je zorgen aan hem over te geven, omdat je je herinnert dat Hij er echt raad mee weet. Dominee Aalt Visser uit Gouda zei het eens zo: vertel aan God hoe groot je reuzen zijn, en vertel je reuzen hoe groot God is. Zing een lofgezang voor God, ook als dat voelt als de minst logische reactie die je kunt hebben in jouw situatie, want een lofgezang verandert je situatie van uitzichtloos naar overwinbaar in de handen van God.

Verder lezen?