Tegelijk brengt dat ook nadelen met zich mee. Want helemaal in de sfeer komen en overspoeld worden door alle prikkels die de Live it! biedt maakt het contrast groter als je eenmaal weer thuis bent. Het is mij vaak genoeg overkomen: ik kwam thuis na een lange reis, de conversatie met reisgenootjes nog nazoemend in mijn oren en mijn hoofd vol van gedachten en herinneringen, en trof een stille en bekende kamer. Een kamer met studieboeken, to-do lijstjes en een berg lopende zaken in de hoek, en zonder oude en nieuwe vrienden of sprekers die de Bijbel aan me uitlegden. De herinneringen en bemoedigingen van de Live it! leken afkomstig uit een andere werkelijkheid, en het leek er vaak op dat ik mijn leven weer oppakte zonder dat er echt iets was veranderd. De conferentie was een hoogtepunt, een ‘high’, maar na zo’n high komt onvermijdelijk de dip.
En misschien dat de post-conferentiehigh-dip wel een specifieke dip is, want die dip is vaak niet alleen verbonden aan de sleur van het studentenleven, maar ook aan de sleur van ons geloofsleven. Een belangrijke reden om een IFES-conferentie te bezoeken is het verlangen om God te ontmoeten, om in gesprek en samenzang met andere christelijke studenten meer over Hem te leren en Zijn liefde voor ons te realiseren. De conferentie voelt als een speciale plek waar dat makkelijker is, omdat we die ontmoetingsplek maar al te vaak niet kunnen vinden in ons dagelijks leven. Daardoor kan het zijn dat je bij de Live it! iets van God merkt en bemoedigd wordt, maar dat dat in schril contrast lijkt te staan met je leven bij thuiskomst: waarom is God daar zo stil? Waar ligt de verbinding tussen de God van de conferentie en de God van je leven?
Om eerlijk te zijn vind ik het niet gek dat de meeste mensen God dichterbij voelen op een conferentie, vanwege twee redenen. Ten eerste heeft God de kerk bedoeld als een gemeenschap, een groep mensen die door en met elkaar God zou vinden. De vroege kerk kwam elke dag samen. Elke dag! En in de verbinding, de erediensten, gezamenlijke maaltijden en het diaconaat was er ruimte voor aanbidding en gesprek over God. Een conferentie biedt de ruimte voor dat soort gemeenschap, en ook nog eens met medestudenten met dezelfde leeftijd en wellicht dezelfde vragen. Het herinnert ons eraan dat we niet alleen staan, maar dat we deel zijn van een (inter)nationale gemeenschap van christelijke studenten die God zoeken. Ik vind het niet gek dat dat het makkelijker maakt om God te vinden, omdat we volgens mij God vaak vinden door en in elkaar.
Ten tweede is er in ons dagelijks leven vaak zo weinig ruimte voor rust, ruimte voor God, misschien met name ook in het leven van studenten. Bij een conferentie nemen we een paar dagen echt de tijd om God te zoeken. Als ik naar mijn dagelijks leven kijk, zijn die momenten om God te zoeken veel schaarser. En wat je aandacht geeft, groeit: in dit geval is dat dan mijn studie en sociale netwerk, en niet mijn relatie met God. Het contrast zit dus aan twee kanten: op een conferentie is er extreem veel tijd en gemeenschap om God te zoeken, in het dagelijks leven extreem weinig.
Hoe ga je daar nou mee om? Hoe voorkom je dat wat je leert over God gelokaliseerd blijft in je herinneringen aan de conferentie, en nooit de overstap maakt naar je dagelijks leven? Hoe voorkom je dat je thuiskomt met de herinnering aan een high, die je met een dip achterlaat?
Zoals gewoonlijk heb ik (natuurlijk) niet het antwoord, omdat ik weinig ervaring heb met anti-post-conferentiehigh-dip-strategieën (snap je hem nog?). Maar ik kan wel een paar dingen bedenken, dus op hoop van zegen zijn dit opties om te proberen:
- Denk van tevoren na over je verwachtingen van de conferentie. Wat doe je op dit moment met je geloof in je dagelijks leven? Waar verlang je naar? Hoe zou een conferentie daarin bij kunnen dragen? Bid daar ook voor;
- Leg op enige manier vast wat je meemaakt op de conferentie en wat je wilt onthouden. Dit kan door het op te schrijven, samen te vatten op post-its en op je spiegel te hangen, een vlog te maken; bedenk iets leuks;
- Deel je ervaringen met anderen en zoek de gemeenschap. Dat kan bijvoorbeeld door iets als een terugkijkavond te organiseren op je vereniging, en daar verhalen of herinneringen te delen. Of bespreek wat je hebt opgedaan met vrienden binnen de vereniging;
- Neem een moment na de conferentie om na te denken over de verbinding tussen de conferentie en je dagelijks leven. Hoe is het geleerde toepasbaar in jouw leven? Wat verandert het in je beeld van God, in je beeld van jezelf, en in hoe je je opstelt naar anderen? Wat zou je concreet willen veranderen?
- Probeer in je dagelijks leven wellicht wat meer ruimte te maken voor ontmoeting met God en in de gemeenschap. Daar heb je bijvoorbeeld je vereniging voor, maar daarbinnen is meer stille tijd mogelijk door bijvoorbeeld een bid- of Bijbelleesduo. Of plan simpelweg meer tijd in voor stille tijd;
- Ga de Read it! commissie doen. Is leuk, en je kunt een halfjaar voorpret hebben voor de volgende conferentiehigh 😉
- Je kan je dip altijd bij God brengen. Vertel hem waar je mee worstelt, en waar je naar verlangt, want Hij heeft de macht om het je te geven!