Bij veel christenen om me heen merk ik dat ze vaak niet de ruimte voelen, bij zichzelf of bij anderen, om hun vragen te stellen. Het voelt risicovol. Veel mensen zijn opgegroeid in een christelijke familie, hebben een christelijke vriendengroep in de kerk of van de middelbare school, en zitten op een christelijke studentenvereniging. Op het moment dat je gaat twijfelen of je nog wel uit de voeten kunt met de levensvisie die in die gemeenschappen centraal staat, loop je de kans om veel kwijt te raken. Stel je voor, je gaat op zoek naar antwoorden maar vindt alleen maar meer vragen, zakt je geloof dan niet steeds verder weg in het drijfzand van de twijfel? Pas je dan nog wel bij de mensen die nu zo belangrijk voor je zijn? En: welke steun of hoop die je uit je geloof haalde raak je dan kwijt? Dan lijkt het beter om de vragen weg te stoppen en even te doen alsof er niets knaagt vanbinnen.
Als ik om me heen kijk heb ik niet het gevoel dat deze strategie goed werkt. Vragen laten zich niet voor eeuwig wegdrukken, en komen vaak in alle hevigheid bovendrijven op een ander moment, als je je niet goed voelt of een nare ervaring hebt met het geloof. Bovendien zorgen ze ervoor dat het steeds moeilijker wordt om je persoonlijk aangesproken te voelen in het geloof, om te blijven bidden en te blijven lezen. In de tijd dat je de vragen hebt onderdrukt, heb je een steeds kritischer houding ontwikkeld, waardoor een preek of een lied vooral weerstand oproept in plaats van vreugde om een boodschap van rust of vrede. Het voelt steeds hypocrieter om te bidden, Bijbel te lezen of mee te zingen op een praise, want je weet niet zeker meer of je het nog wel gelooft. Tot op een gegeven moment de dingen die je aanspraken in het geloof en de hoop dat je het ooit nog terug zal vinden vervagen.
Wat is er dan voor nodig om met geloofstwijfel om te gaan? Allereerst: ontken de twijfel niet. Merk je dat iets schuurt, zoek dan naar iets die jou helpt om de twijfel serieus te nemen. Bespreek het met je kring of een goede vriend of vriendin, luister er een preek over, lees een boek of stap ermee naar je dominee. Daardoor kunnen je gedachten zich ontwikkelen, in plaats van vast te blijven zitten bij de vraag zelf die steeds sterker en onoverkomelijker lijkt. Dat is noodzakelijk, maar kost wel veel tijd en energie. Als dat niet past in je schema op dit moment, is het misschien geen ramp om het aanpakken van de twijfel iets uit te stellen, maar ik zou willen aanraden dat niet te lang te doen, vanwege de redenen die ik hierboven noemde. Blijf wel erkennen dat de twijfel er is, ook al ben je er op dat moment niet actief mee bezig.
Maar alleen de twijfels durven toelaten en onderzoeken is denk ik niet altijd de magische sleutel tot het probleem. In mijn ervaring is er op veel vragen namelijk geen sluitend antwoord. Het komt altijd (deels) aan op accepteren dat elke levensvisie beperkingen heeft, en kiezen met welke beperkingen je het best kan leven. Alleen op basis van je verstand lukt het vaak niet om je onwankelbaar te laten geloven in het bestaan van God, en dat is ook niet de essentie van wat geloven is: de essentie is het leren kennen en liefhebben van God, in de wetenschap dat je zelf gekend en geliefd bent. Juist dat deel is misschien nog wel de grootste uitdaging van geloofstwijfel, omdat het persoonlijke aspect van geloven meer op de achtergrond raakt als je twijfelt en het vreemd voelt om te bidden of te handelen naar de Bijbel als je niet zeker weet of je in God gelooft.
Maar ik denk dat we af moeten van de gedachte dat het hypocriet is om te bidden of te zingen als je twijfelt. Ook, of misschien wel júist, een zoekende ervaart een verlangen naar connectie, geborgenheid en inspiratie. Die dingen zoeken bij een God waarvan je niet weet of Hij bestaat is niet hypocriet, het is juist oprecht. Het is toegeven dat je twijfelt en zoekt, maar ook erkennen dat er in die twijfel nog steeds een verlangen is, nog steeds een zoektocht naar iets of iemand. Het is het aannemen van een open houding jegens het geloof, waarbij je jezelf de kans geeft om opnieuw geraakt te worden door God en het vertrouwen te krijgen dat je nodig hebt om de onbeantwoorde vragen in het geloof te accepteren. Het is het vinden van je geloof en het verliezen van je geloof beide een eerlijke kans geven, want puur verstandelijk, dichtgetimmerd geloof zonder verbinding met God is geen geloof. Op zoek gaan naar geloof is je openstellen voor de mogelijkheid dat God tot je spreekt.
Dit hele proces blijft een uitdaging, en het lijkt erop dat het nooit helemaal klaar is. Hoewel ik een aantal jaar geleden het geloof heb aangenomen na een periode van veel twijfel, komen er bij tijd en wijle weer nieuwe vragen boven. Maar ze jagen me geen angst meer aan en lijken niet meer onoverkomelijk, omdat ik heb ervaren dat God nog steeds kan spreken als er vragen zijn. En Zijn stem troost, geeft hoop en de moed om uitdagingen die tussen Hem en mij in de weg staan aan te gaan.